Langs de Virgin Islands en Puerto Rico naar de Dominicaanse Republiek

Het was al 9 december toen we konden beginnen aan het ’programma’ van dit vaarseizoen.

Vanuit Sint-Maarten is het ongeveer 18 uur varen om in de BVI (British Virgin Islands) te komen. We wilden er niet in het donker aankomen, en we waren afhankelijk van de openingsuren van de brug die aan de Franse kant van Sint Maarten maar twee keer per dag open en dicht gaat. Dus vertrokken we rond 16:30 uur.

We hadden een vlotte oversteek, en kwamen rond 8 uur ’s ochtends aan. Ik meldde dat zoals gevraagd aan de dierenarts van de autoriteiten, en we spraken af tegen 9 uur om Dushi’s verblijf op de Virgins legaal te maken.

Helaas hadden we ons van eiland vergist, en zo moesten we snel terug naar de boot om het anker op te halen en zo snel mogelijk naar Road Harbour te varen, waar we rond 12.00 uur aankwamen. Ik verwachtte me aan een fikse uitbrander en een hele hoop moeilijkheden maar gelukkig bleek dokter Deveaux een schat van een man die ons met uitgestoken hand tegemoet kwam om ons hartelijk welkom te heten. Hij ging met Bart mee van het ene bureau naar het andere om in te klaren, en ook het onderzoeken van Dushi deed hij heel terloops. Hij stelde ook voor om ons per mail een gezondheidsattest te bezorgen bij vertrek, zodat we in de USVI zeker geen problemen zouden hebben.

De BVI zijn een prachtig zeilgebied. De eilanden werden door Columbus himself ontdekt in 1493. Na hem werd het ontdekt door alle zeilende Amerikanen. Onvoorstelbaar hoeveel catamarans (en dan vooral charter catamarans) er hier rondvaren!

Dit is geen goedkope bestemming. Een mooring gebruiken kost 35$ per nacht. En gezien de mooringballen vrijwel alle plaats innemen in de ankerbaaien kan je bijna niet anders dan deze te gebruiken.

The Baths, een bijzonder natuurgebied.  Gigantische granieten rotsblokken, afgerond door de kracht van het water.
Kerst kwam eraan. En dat zouden we geweten hebben!
Zoek de monohull
Op weg naar de dierenarts die op een ander eiland op ons wachtte

In de USVI is het iets redelijker qua prijs om te overnachten. Daar betaal je 26$ per nacht. Doe er echter géén boodschappen want alle voedingswaren zijn er belachelijk duur.

Gelukkig konden we de dag voor kerst een grote koningsmakreel vangen.  En besloten we om voor oudejaarsavond verder te varen naar Puerto Rico.

Ook alomtegenwoordig: kippen en hanen! Regelmatig lees je op cruiserswebsites klachten over het gekraai van hanen.  Wij hebben hier geen last van.
Net op tijd voor een feestmaaltijd

Puerto Rico gaf ons meteen een Zuid-Amerikaanse vibe. Luide muziek, vrolijke en erg vriendelijke mensen.

We brachten de dagen voor oudejaar door op Culebra, een eilandje voor het ’vasteland’ van Puerto Rico. We zagen dat ze een groot podium aan het opzetten waren voor een concert op oudejaar, maar op het moment dat we stilaan klaar waren om te vertrekken naar het centrum begon het zo hard te regenen dat onze goesting alweer over was. Natgeregend tussen een massa volk gaan staan, dat was net een brug te ver, en zo brachten we de overgang naar het nieuwe jaar gezellig aan boor met Dushi, al Netflixend door. Tot vroeg in de ochtend hoorden we vuurwerk. Ze weten alleszins wat feesten is op Culebra!

We werden opgewacht door dit bijzondere werk
Ook bij vanavond bijzonder. Lijkt wat op de trol in De Schorre in Boom

We zetten onze tocht verder naar het hoofdeiland van Puerto Rico. Een eerste nacht brachten we door in Puerto Patillas.

Daags erna vaarden we dan door naar Salinas. De baai van Salinas is een door mangrovebossen beschutte baai. Zoals verder in Puerto Rico leven hier zeekoeien, beschermde zeedieren. We hadden helaas geen geluk en zagen er enkel eentje van ver, monster van Loch Ness-gewijs zagen we enkele zijn staart enkele keren boven water komen.

Een windstille ochtend in Salinas

We werden hartelijk ontvangen in Salinas. Niet alleen door Fred en Caroline van Mustang Sally die we vorig jaar op Curaçao hadden ontmoet en die inmiddels ook een Beneteau 473 hebben zoals de onze. We werden er ook snel voorgesteld aan een aantal Amerikaanse boot eigenaren (Rita en Lonny van Watoosh en Sue en Mike van Mira) en natuurlijk zagen we er ook onze vriend Ronnie Ramos, wiens dok we mochten gebruiken om onze dinghy te leggen, en die ons allerlei tips en weetjes vertelde over zijn thuisland. Hij is net als de meeste Puerto Ricanen trots op zijn eiland, en toonde zich een perfecte ambassadeur van de Puerto Ricaanse cultuur en vriendelijkheid.

We werden ingewijd in de nationale sport en speelden mee Mexican Train Domino, tijdens een van de middagen die werden afgeloten met een potluck bbq.  Inmiddels hebben we zelf ook een set gekocht en wordt het spel ook aan boord gespeeld.

Een ”tarte maison” met aardbeien voor de potluck. Die nieuwe oven doet het duidelijk beter dan de oude! Klein gelukske!

We huurden een auto en ontdekten de oude wijken van de hoofdstad van Puerto Rico, San Juan. We waren hier niet alleen. Terwijl wij er waren telden we minstens 6 cruise schepen die er aangemeerd lagen. Het oude San Juan is dan ook een aangename plek oom te vertoeven, met zijn kleurrijke gebouwen en ruime straten.

Poseren bij de alomtegenwoordige vlag van Puerto Rico. Ondanks dat Puerto Rico deel uitmaken van de USA legt de bevolking graag de nadruk op hun afkomst en eigenheid. De vlag is dan ook overal zichtbaar
Puerto Patillas

Een andere dag reden we naar de oostkant van het eiland en reden we eerst een stuk langs de kust en daarna de bergen in.

Uitzicht over Ponce
Niks aiaiai aan Puerto Rico, integendeel!

We reden ook naar het nationale park, de enige plek op Amerikaanse grondgebied met tropisch regenwoud en deden er een stuk van één van de uitgestippelde wandelingen.

Wilde orchidee

We hadden het geluk om een oude hacienda te bezoeken, Hacienda Buena Vista, die enerzijds dienst deed als maismaalderij en anderzijds in beperkte mate als koffieplantage. De watermolen die gebruikt werd om mais te malen was nog intact. We bezochten ook het kasteel van de eigenaars van het rum-merk Don Q in Ponce.

Sue en Mike
De rivier, nodig om de molen aan te drijven
Het luxueuze kasteel van de rumstokersfamilie van Don Q

We verbleven enkele nachten bij Coffin Island, Isla Caja de Muertos of ook wel, letterlijk vertaald, Doodskist eiland. De lugubere benaming  verwijst naar de vorm van het eiland, dat er inderdaad qua vorm een beetje uitziet als een doodskist. 

We lagen hier samen met een Franse boot, met de typische bretoense naam Avel Mor, waarmee we met de eigenaars ervan bij een biertje al snel kennis maakten.

Maeva en photo bomber Dushi
De ’doodskist’ waardoor dit eilandje zijn ietwat lugubere naam kreeg
Tot 2020 was er op het eiland een plek waar toeristen met dagcharters naartoe werden gebracht. De infrastructuur werd echter zwaar beschadigd door achtereenvolgens orkaan Maria en een aardbeving en is sindsdien leegstaand.
Maeva, Avel Mor en Dushi

We vaarden allebei naar Boqueron, aan het uiterste westen van Puerto Rico en wachtten in dit typische vakantieplaatsje op een geschikt moment om over te steken naar de Dominicaanse republiek. Dit weervenster bood zich al snel aan en zo kwamen we op 3 februari aan in Marina Puerto Bahia.

Van Curaçao naar Sint Maarten

Met het einde van het orkaanseizoen in zicht maakten we de boot klaar om de oversteek naar Sint Maarten te maken.

Onze nieuwe diepvriezer werd tot boven gevuld met pakjes vlees, wat groenten en een grote lasagne  (van het type Luie Vrouwen Lasagne uit de supermarkt) zodat we onderweg geen tekort hadden.

We vertrokken zondagochtend naar Bonaire. Om 17:00 sluit het kantoor en gezien we erna toekwamen zouden we niet opnieuw moeten inklaren – lees betalen. Na een nacht heftig schommelen vertrokken we alweer ’s ochtends vroeg, richting Venezuela. We brachten er een nacht door op Aves de  Barlovento, tussen de mangroven vol met vogels. De dag erna zetten we door naar Crasqui. We werden er onthaald als koningen : Emilio maakte wat oesters schoon en Eduardo had een hele voorraad langoesten klaargemaakt. Samen met wat gefrituurde arepa’s en koolsla was dat niet te versmaden.

Eduardo maakt geduldig mangroveoesters schoon

Ook de dag erna bleven we op Crasqui en gingen we eten in hun restaurant. Deze keer lag de schotel vol vers gevangen en gegrilde vissen.

Woensdagochtend zetten we onze weg verder. We waren nog geen uur ver of onze vismolen maakte zijn bekende ratelende geluid. Tonijn! En nog geen kleintje ook. Voor drie dagen eten!

De visser en zijn assistent

De eerste 24 uur konden we goed doorzetten, maar zoals verwacht viel de wind later weg. Het was net volle maan en als de maan onderging liet de eerste zon zich zien. Het leek wel alsof we op een windstil meer vaarden. Het leverde een prachtige zonsopgang op.

True Blue aan de horizon
Dushi op uitkijk

Onderweg zagen we meermaals dolfijnen. Bart denkt dat hij ook een kleine soort walvissen heeft gespot.

Maar het venijn zat hem in de staart. Zaterdagochtend zagen we wat buienactiviteit op de radar. En in die buien durft er wel wat extra wind zitten. En zo kwam het dat we met gereefde zeilen en een regenjas aan aankwamen in Sint Maarten.

Er stond één en ander op ons to-do lijstje voor we verder konden trekken: gezien ons fornuis maar op één pit nog deftig brandde, werd dit vervangen door een nieuw exemplaar.  Eentje met een oven die echt heet wordt en gelijkmatig brandt : luxe.

De motor kreeg een onderhoudsbeurt en er gebeurden wat kleine herstellingen aan de boot.

Ook moeten we terug zorgen dat de reispapieren van Dushiman terug in orde zijn. Gelukkig verloopt dit allemaal vlot. De dierenarts in Saint Martin is charmant en uiterst behulpzaam. Ze weet ons bovendien dat onze inmiddels tienjarige rakker een sport-hart heeft en de zuiverst mogelijke longen.

De dierenarts van het ministerie van landbouw van de BVI (British Virgin Islands) blijkt een positieve en behulpzame man, die de aanvraag om Dushi te importeren in BVI vlot afhandelt. We zijn eronderweg al andere tegengekomen!

Omdat we nog wat willen wachten op stabiel weer voor we verder reizen, brengen we enkele dagen door op de ons welbekende eilandjes rondom Sint Maarten. We varen naar Ile Fourchue en Colombier en brengen er de dagen door met snorkelen, free-diven, frisbeeën met Dushi op het strand en duiken.

Het onlangs aangeschafte fototoestel met behuizing voor onderwater wordt uitgetest zowel boven als onder water en goedgekeurd.

Ile fourchue met zicht op St Barths
Verpleegsterhaai
Een grote langoust kwam even poseren
Zeeduivel

We varen terug naar de lagoon op Sint Maarten, pikken er een uiterst gezellig Sinterklaasfeest mee op Nederlandse wijze aan boord van de True Blue (met dobbelspel en cadeautjes) en doen er opnieuw boodschappen. We organiseren een laatste afscheidsdrink en varen tijdens de nacht van 9 december naar de Brtise Maagdeneilanden.

Bienvenido

Het is al eventjes stil op de blog. Een blog-block als het ware. Dat komt voor een groot stuk door het orkaanseizoen.

Om de orkanen te vermijden zijn we eind juni vanuit Santa Marta naar Curaçao gevaren. We liggen hier, net zoals 60-70 andere boten op het Spaans Water, een lagune omringd en dus beschermd door bergen en heuvels.

Bovendien komen in dit gebied géén orkanen voor. Dat is elders in de Carieb wel anders. Veel vroeger dan gebruikelijk is er dit jaar de hevige storm Beryl gepasseerd. Zij maakte heel veel schade op de eilanden Union, Mayreau (St Vincent en de Grenadines) en Jamaica.  We zagen met grote ogen hoe een heel aantal jachten last minute op de vlucht gingen naar Trinidad. We hoorden ook van kennissen die we vorig jaar hadden leren kennen en wiens boot voor onderhoud nog op de kant stond in Cariacou. Het was niet de bedoeling om dan nog daar te zijn, maar door achterstand in de werken was het helaas wel zo. Hun boot is total loss.

Union Island, Vanessa overschouwt haar verwoeste restaurantje. Hier vierden we een 18 maanden geleden een verjaardagsfeestje 🙁

Heel mooi was dat er meteen door een aantal schippers met vereende krachten hulpacties werden opgezet. Een jong koppeltje dat we ook vorig jaar hadden leren kennen vaarde dezelfde week nog terug naar het rampgebied met hun boot volgestouwd met materialen en etenswaren betaald met geld wat ze bij collega cruisers ingezameld hadden. Hartverwarmend.

Het orkaanseizoen duurt nog tot oktober en zolang blijven we dus beschermd in deze regio. Maeva is een week uit het water geweest om het jaarlijkse onderhoud aan het onderwaterschip te doen.  En later werd de distributie riem vervangen. Die had ook al zijn aantal uren dienst gedaan. Bovendien kreeg Maeva nieuwe zeilen en is ze dus alvast  klaar voor nieuwe avonturen.

Maeva op de kar in Curaçao marine zone

We kijken trouwens met erg veel plezier terug op het voorbije seizoen, naar ons verblijf in de San Blas en Bocas del Toro (Panama) en Cartagena en Santa Marta (Colombia).

Bienvenido. Adelante. Permiso? Con mucho gusto! A la orden! Hasta luego!

Welkom. Kom verder. Mag ik? Met veel plezier! (goesting?) Tot je dienst! Tot later!

Hoe vaak hebben we deze korte zinnetjes niet gehoord de voorbije maanden? Het maakte dat we ons écht welkom voelden zowel in Panama als Colombia.

We voelden ons ontzettend welkom bij Casa Alibri in de regio rond Santa Marta. Via Dimitri, de Belg uit Meise die we ergens in oktober hadden ontmoet in Bucaramanga, kregen we de gouden tip om hier te gaan logeren. We wilden immers de kans om toch ook een stukje van het Tayrona park te zien niet laten voorbijgaan.

Casa Alibri ligt in de heuvels bij Palomino, en wordt uitgebaat door een uit Antwerpen afkomstige zus en broer. Alix is een internationaal fotomodel geweest, Brice is chefkok. We waren op dat moment de enige klanten in hun pensionnetje en werden uitgebreid in de watten gelegd.

De eerste dag gingen we al wandelend naar de Poza Encantada (het betoverde zwembad). Wat een prachtige omgeving! Het water van de rivier was glashelder en lekker fris (het water kwam rechtstreeks uit de Sierra Nevada). Er zat heel veel vis (iets forel-achtigs) ook. Het duurde dan ook niet lang eer zowel Dushi als wij in de rivier zaten.  We hadden geluk, want hadden heel de Poza voor ons alleen. Onder de waterval gaan staan lukte echter niet omwille van de stroming!

Poza Encantada. Het water is er zo helder dat je zelfs op een foto de bodem ziet
Een ontbijtje gemaakt door Brice. Met lekkere advocado vers van de boom

De dag nadien reden Brice en Alix ons in hun Jeep naar de rivier Don Diego. Met een bootje gingen eerst we de rivier stroomopwaarts en daarna stroomafwaarts. Aan het strand aten we de lekkerste verse ceviche!

Terug in Santa Marta werden we op sleeptouw genomen door Viviana en Emmanuel om de beste locale culinaire plekken te ontdekken. Zij wonen immers al enkele jaren in Santa Marta.

Tussendoor begonnen we de boot voor te bereiden op ons vertrek naar Curaçao. Omdat die intussen al enkele weken stil lag besloten we om een dagje uit te varen om de romp op aangroei te checken. Gelukkig viel dat goed mee. We maakten er een fijn  dagje van samen met Brice en Alix die deze keer bij ons op bezoek kwamen.

De tocht terug beloofde van het heftige type te worden. Tegen de stroming en de golven in. De eerste nacht was er dan nog fel onweer in de buurt. We probeerden het heftigste te vermijden dankzij de radar maar op een bepaald moment was er een blikseminslag vlakbij. Zo één waarbij de lucht naar zwavel ruikt. En met een luide knal er vlak achter. Brrr. Niet leuk. Wetend dat de mast van Maeva twintig meter hoog boven water steekt en lijkt te zeggen “pak me dan als je kan…”

Gelukkig bleef het daarna bij gerommel verder weg en konden we zonder schade verder varen. De tocht duurde 80 uur, waarvan we er 40 op motor aflegden, om te geraken waar we moesten zijn.

Omdat we het niet wilden riskeren om bij valavond het Spaanse Water op te varen (aan de ingang ligt langs weerszijden een rif) vaarden we naar Fuikbaai een mijl verderop. Al moeten we ook toegeven dat we ook wisten dat onze vrienden van Blowing bubbles en Soundwaves er ook zouden zijn.

En zo bleven we de avond nadien mee genieten van een BBQ op het strand met live gitaarmuziek erbij.

Dit hebben we de voorbije weken regelmatig gedaan om wat afwisseling te brengen in het toch wel lange orkaanseizoen. Op Fuikbaai liggen is dan een welkome afwisseling.

We kregen ook bezoekers de voorbije weken : Dave en Rhonda vlogen vanuit Bocas del Toro over. We hadden hen verteld over de schoonheid van de onderwater wereld hier. En aangeboden om het vanop de Maeva zelf te ontdekken.

Vrijwel elke dag gingen we samen duiken en de tien dagen vlogen voorbij.

En ook onze opstappers die twee jaar geleden mee de oceaan overstaken, Hilde en Werner,  kwamen ons bezoeken. Met hen vaarden we van Curaçao via Fuikbaai en Klein Curaçao naar Bonaire, waar Maeva blijft liggen tot eind oktober.

Het zoutwinnings gebied aan de Zoutpier. Prachtige kleuren!
De zoutmijnen uitgebaat door Cargill

Bonaire is veel kleiner dan Curaçao en veel minder bebouwd. Het eiland is voor een heel groot deel beschermd natuurgebied en dat is zeer aangenaam. Ook de kust rondom het hele eiland is natuurgebied. Dat maakt het moeilijk om een zwemplek te vinden voor Dushi,  maar zolang we tweemaal daags een wandeling gaan maken met hem is dat meer dan ok voor hem.

Op de verschillende zoutwater meren zie je verschillende flamingo’s, caracara’s, visarenden en andere kleurrijke vogels. En regelmatig kom je onderweg ook wilde ezeltjes tegen. Zij zijn eeuwen geleden geïmporteerd als lastdieren, maar sinds ze daarvoor niet meer gebruikt worden lopen ze los over het eiland. Sommigen komen brutaal kijken of we iets van eten mee hebben als we met de huurauto vertragen en de ruit open doen om een foto te maken. Er zouden er een kleine 2000 rond lopen.

Dagelijkse afspraak met de wilde ezeltjes
De ene heeft interesse, de andere vertrouwt het niet helemaal

Maeva hier ligt in de Marina, want dat kost ongeveer hetzelfde als op een mooringbal liggen en gebruik maken van een dinghy dock. Met Dushi is het echter veel comfortabeler om enkel even van boord te moeten stappen om te gaan wandelen.

We maken met Hilde en Werner enkele uitstappen. We bezoeken samen het prachtige Washington slagbaai natuurreservaat en gaan samen kajakken tussen de mangrove van Lac. Wel even schrikken als we de weken erna horen dat er een krokodil is opgemerkt in dat gebied. De natuurbescherming heeft ze na drie weken hard zoeken eindelijk gevangen. Helaas is het dier vlak erna gestorven van de stress. 

tijdens de windstille dagen ervoor is overgezwommen van in Venezuela, wat uiteindelijk vlakbij ligt.

Ook met Hilde en Werner vliegen de dagen voorbij. We genieten van het snorkelen en vieren samen de verjaardag van Bart.

Werner en Hilde bleven een dagje langer om Barts verjaardag te vieren! “62 zijn is niet erg, het vaart even goed en het is bovendien een even getal”, zegt Werner.

De week daarna is het de jaarlijkse Regatta van Bonaire. Er is een speciale klasse voor boten als de onze, en dus beslist Bart om mee te doen. We worden eervol derde in onze reeks. (Het helpt dat er niet zoveel deelnemers zijn in onze klasse)

Ook op het land werd er vanalles georganiseerd tijdens de regatta-week
’t was met echte trofeeën
De trofee
Tijdens de regatta is er geen plaats meer in de Marina en liggen we op een mooring

Van zodra we terug met ons tweeën zijn, gaan we dagelijks duiken. Er zijn verschillende duik spots makkelijk bereikbaar met de dinghy, we doen zelfs onze eerste nachtduik onder ons tweetjes. Het water is hier op één of andere manier nóg helderder dan op Curaçao en de variatie in vissen en andere onderwater dieren nóg groter !

Onze Canadese buurvrouw van in de Marina, Sophie, neemt ons niet alleen mee in de auto om boodschappen te doen, maar neemt ons ook mee naar haar lievelings duik spot : de Zoutpier.

Vanaf deze pier wordt het zout dat in de zoutmeren wordt gewonnen door Cargill verscheept. Het is echter ook de meest populaire plek om te gaan duiken. Ondanks de menselijke interactie is er een gigantisch aantal soorten vissen. En grote scholen verschuilen zich tussen de staketsels die intussen ook rijkelijk begroeid zijn met sponzen en koralen. Prachtig gewoon. Als we dan ook nog een schildpad zien die uitgebreid wil poseren voor de camera van Sophie zijn we helemaal de wereld te rijk!

Barracuda’s zien er altijd een beetje gemeen uit
De ondergrondse palen bieden beschutting voor verschillende soorten vissen

Daags nadien nemen we deel aan de onderwater clean up aan de South Pier, de plek waar oa de grote cruise schepen aanleggen. En hoewel op voorhand werd gezegd dat dit een vrij proper gebied is, slagen we erin om met zo’n 74 vrijwilligers, op een uurtje tijd (de tijd tot één duiktank leeg geademd is) een container van ongeveer 150 kg afval te vullen. Helaas kunnen we de grote stukken afval en de grote aantallen wielen en banden niet ruimen anders was het een veelvoud van dit getal geweest. Het doet plezier om iets terug te kunnen doen voor de oceaan, die tenslotte onze favoriete speeltuin is. De duik club die deze clean up organiseerde bedankt ons door ’s avonds een BBQ op te zetten. Fijn!

Tijdens onze tijd op het eiland hadden we her en der al een aantal gemarkeerde nesten van zeeschildpadden gezien. Ik had ergens gelezen dat we met de organisatie die zich hiermee bezig houdt, mee konden.

En zo gingen we dus ’s ochtends vroeg met een tiental personen mee met drie vrijwilligers die drie keer per week de nesten registreert op Klein Bonaire, een onbewoond eilandje vlakbij. De nieuwe nesten worden gemarkeerd en nagekeken. Wij hadden geluk : er waren de voorbije dagen twee nieuwe nesten bijgekomen. En één van de nesten die er al zo’n zestigtal dagen lag bleek uitgekomen. Bij het checken hoeveel uitgekomen eieren er waren bleken er nog vier jonkies onder het zand te zitten. Deze diertjes lieten we te water.

Dit was echt buitengewoon mooi om mee te maken! De kleintjes werden op het zand gezet en zetten het meteen op een lopen richting zee. Eenmaal dit gelukt was werden ze door een golfje opgepikt en zwommen de diertjes weg, de grote oceaan in. Binnen een dertigtal jaar zijn deze dieren volwassen en kunnen de vrouwtjes op hun beurt opnieuw eieren leggen. Ze leggen een 150-tal eieren per keer, en dit een zestal keer per jaar, met tussen elke leg een periode van een tweetal weken. Dit blijven ze doen tot ze ongeveer 100 zijn. Enkel de vrouwtjes komen terug aan land. De mannetjes blijven tot het eind van hun leven in zee. Helaas overleeft maar één op de 1000 kleintjes het. De anderen komen wel eens gewild of ongewild terecht in de netten van een visser, worden opgegeten door grote vissen, raken gekwetst of worden ziek en sterven zo.

Klein maar gelukkig ook héél erg dapper

Dit jaar alleen al had de organisatie op Klein Bonaire al 68 gelegde nesten geteld waarvan er inmiddels 47 nesten zijn uitgekomen. Er moeten dus al een kleine 5900 van die kleintjes rondzwemmen die geboren werden in dit broedgebied, wat meteen ook het grootste broedgebied is van Bonaire, de twee andere gebieden zijn minder groot.

Klein Bonaire dé nestplaats bij uitstek voor de waterschildpadden
Een heremietkreeftje. Als haar huis te klein wordt verhuist ze gewoon naar een grotere schelp die ze vindt

Mijnheer leguaan kwam ook even kijken

Eénpanslasagne

Mensen die Bart een beetje kennen, weten allemaal dat hij een gigantisch pasta-liefhebber is en dat een huisgemaakte lasagne bij zijn absolute favorieten behoort.

Maar zelf lasagna maken is wel wat bewerkelijk. Eerst een goede tomatensaus en béchamel maken, de lasagna opbouwen in een ovenschotel en dan ook nog bakken in de oven : in de kleine, warme keuken van onze boot is dat nét wat teveel gevraagd.

Tot ik een recept zag van Sofie Dumont, waar ze deze eénpanslasagne maakte.

De basis is hetzelfde als thuis : je maakt een lekkere tomatensaus met gehakt in een kookpot die je zowel op het kookvuur als in de oven kan gebruiken. Ipv de béchamel roer je door de saus een flesje room. En dan de ultieme truc : in plaats van je lasagne horizontaal op te bouwen, steek je halve lasagnebladen verticaal in de saus. Je moet enkel zorgen dat de stukjes helemaal in de saus verdwijnen. Hierover strooi je flink wat mozzarella en dan zet je het geheel een halfuur in de oven.

Lekker makkelijk toch? ( en ik lig alweer in de bovenste schuif bij de kapitein!)

Eenmaal op het bord is er niemand die ziet dat deze lasagne verticaal in de oven ging!

https://www.sofiedumont.be/recept/one-pot-lasagne/

Colombia : Cartagena

Waar kom je vandaan? Uit de Verenigde Staten? Oh! Uit België! Ik ken België alleen van het voetbal. Is België een groot land? Nee naast Colombia zijn alle landen klein, en België al helemaal! Zijn alle mensen er zo wit als jij? Ik probeer niet te vertellen dat ik na meer dan twintig maanden op reis al meer dan behoorlijk bruin zie! Natuurlijk niet in vergelijking met Romelu Lukaku. Want dat is een figuur die de mensen hier kennen! En Thibault Courtois.

Ik zit in de taxi die me van bij de kiné praktijk naar de Marina Club de Pesca terugbrengt. Ze proberen daar in sneltempo ‘een nieuwke’ van me te maken. Daniela en haar collega’s zijn één voor één schatten. Spring-in-t-velden van net voorbij de twintig die weleens samen een dansje doen voor de spiegel in de praktijk of meezingen op één of ander Spaanstalig nummer wat – luid – wordt gespeeld in de praktijk.

De eerste dagen heb ik teveel betaald voor enkele van mijn taxiritten. Maar al doende leer ik. En in plaats van te vragen hoeveel ik moet betalen, vraag ik nu, terwijl ik ze al in mijn hand heb, of 15000 Pesos (4€) volstaat.

Het is bloedheet in Cartagena. En vochtig. Het voelt aan alsof het 41 graden is, en ik heb sinds kort een klein doekje bij me in mijn handtasje, waarmee ik onvermijdelijke zweetdruppels kan wegvegen. Ook dat heb ik opgepikt van de taxichauffeur!

Overdag is het dikwijls te heet om veel te doen. Maar ’s avonds genieten we van de levendige wijk Getsemani met zijn vele lekkere en aangename restaurantjes. We voelen ons hier volstrekt veilig maar vermijden systematisch de straten waar we alleen zouden kunnen zijn. Dat zouden we eigenlijk overal zo doen. Overal is er gigantisch veel politie op straat.

De taxichauffeur wenst me een ‘feliz dia’ en ‘Vaya con Dios!’ Ik stap al neuriënd uit de taxi. Aiaiai Puerto Rico!

Colombia : El Cafetero

We zijn uitgenodigd bij onze Franse vrienden met wie we het voorbije jaar regelmatig hebben samen gevaren. Zij hebben hun boot, Morpheus (ook een Beneteau 473), verkocht en huren nu gedurende minstens vier maanden een huis in de koffiestreek, El Cafetero. Hun kinderen, Rose en Arthur zijn ingeschreven op school. Zijzelf volgen Spaanse les, en proberen een manier te vinden om hier in Colombia een broodwinning te vinden. Als dit niet lukt keren ze in het najaar terug naar Frankrijk.

We reizen met het vliegtuig naar Pereira. Een binnenlandse vlucht waarmee je voor weinig geld naar de andere kant van het land kan reizen. Het staat ons toe om op anderhalf uur 1000km af te leggen. We worden op de luchthaven opgewacht door Sébastien, Rose en Arthur, met bloemenkransen 🙂 Het regent in Salento, maar de ontvangst is heel erg warm.

De ezel van het huis, Pedro l’âne (elke gelijkenis met het haarverzorgingsmiddel is niet toevallig), balkt op vaste tijdstippen. Meestal op het uur!

Een paar dagen later komen JC en Aline ook aan. Samen bezoeken we de typische stadjes in de buurt. We rijden met één van de Willy’s jeeps naar een koffieplantage in de buurt. Ze wordt gerund door Fransen. Tijdens de rondleiding blijkt hoe arbeidsintensief het runnen van een koffieplantage is. Gelukkig kunnen ze het combineren met de verhuur van enkele kamers en de verkoop van wat zelfgemaakte confituur, kaas en ijs. Het uitzicht is zoals op veel plaatsen hier spectaculair! En de vele kolibries vliegen af en aan.

Paparazzi
Maar het resultaat mag er dan ook zijn!

Als het op zondag blijkt te regenen en er weinig hoop is op beterschap voor die dag, rijden we naar Santa Rosa. Er is een spectaculaire waterval, maar ook warmwaterbronnen. Ideaal om op een druilerige dag met vrienden te genieten!

Advocado’s
Onrijpe koffiebonen
De mooie bloem van de passievrucht
Mini orchideetje
Rijpe koffiebonen

En dan vraagt Amélie me of een tocht te paard me zou lukken? Niet ver van hun huis bevindt zich de Cocora vallei, een vallei waar enkele honderden Waspalmbomen staan. Dit zijn de hoogste palmen ter wereld, ze kunnen tot 60 meter hoog worden. Vroeger werd van de was rond de stam van de palmbomen kaarsen gemaakt.

We maken een rit van drie uur te paard. De dieren kennen de weg maar er zit toch ook nog wat pit in. Twee gidsen begeleiden ons door riviertjes en langs smalle paadjes. Het uitzicht is adembenemend!

Het is van op een sportdag in het laatste jaar van de humaniora geleden dat ik dit heb gedaan. En met een extra ontstekingsremmer de dag zelf én de dag erna blijkt het nog niet zo héél erg slecht voor mijn rug te zijn. Zolang het paard netjes blijft stappen en niet in draf of galop gaat, is alles ok.

Rose, kranig als altijd, liet niet merken dat ze het soms best wel spannend vond
JC gaat effe Live
De enige echte Amazone in onze groep!
Arthur
Aline
Je zou het bijna vergeten. Dit zijn de Waspalmbomen waar de vallei bekend om staat
Amélie, Arthur en Rose
Poor lonesome cowboy

Op een regenachtige dag rijden we naar Santa Rosa. Hier is niet alleen een prachtige waterval: er zijn ook warmwater bronnen. Een betere activiteit hadden we niet kunnen vinden op deze druilerige dag. (Het is tenslotte regenseizoen)

We nemen afscheid van JC en Aline, die terug naar hun boot in Panama City vliegen. Het is onwaarschijnlijk dat we elkaar de komende jaren nog gaan tegenkomen want zij steken binnen enkele maanden over naar de Markiezen eilanden en gaan dan verder de Stille oceaan op. We gaan hen missen verdorie!

We genieten nog van een laatste dagje met Amélie, Sébastien en de kinderen. Ik help de kinderen met het klaarmaken van een moederdag-verrassingsontbijt. En krijg zowel van Rose als Arthur een mooie tekening want het is tenslotte moederdag voor álle mama’s. Schattig toch? Bovendien word ik ook door mijn eigen kinderen niet vergeten, die me lieve berichtjes sturen.

’s Avonds zijn we uitgenodigd bij een andere Fransman, Yannick, die hier een Finca heeft opgebouwd tot een hotelletje met luxekamers. Ik krijg er, zoals beloofd, een opleiding om Margaritas te mixen.

Colombia : Medellín

En dan is het ook voor ons tijd om verder te trekken. We reizen met de bus vanuit Armenia naar Medellin. Zes uur duurt de reis, maar we zitten op een luxueuze tourbus, met airco, Wi-Fi en gigantisch veel beenruimte. We genieten van  het prachtige landschap want de weg loopt ook hier door de bergen.

We hebben op aanraden van onze Franse vrienden een rondleiding geboekt door David, een jonge Colombiaan die geboren en getogen is in Medellin, maar vloeiend Frans spreekt. Hij neemt ons met metro, kabelbaan en taxi mee naar Comuna 13, één van de wijken van Medellin die in de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw hét territorium was van drugskartels, bendes en guerrilla’s. Pablo Escobar was hier thuis en zorgde dat hij hier de macht had. De buurt heeft namelijk een strategische ligging, vlakbij de snelweg, ideaal om drugs, geld en wapens snel de stad in en uit te smokkelen. Ander sterk punt is dat de wijk vrijwel ontoegankelijk was voor leger en politie. Het is een wijk met veel trapjes en smalle steegjes, en niemand komt er ongezien in of uit. Tot in 2002 werd er een ware oorlog gevoerd tussen guerrilla’s, paramilitairen en lokale straatbendes. Deze kwam ten einde toen de overheid een verbond sloot met de paramilitairen en ze samen de wijk in trok op zoek naar leden van het FARC. De wijk werd vanuit de lucht beschoten. Kinderen werden ingezet om ‘verdachten’ dood te schieten. Als ze dit weigerden bekochten ze het met hun eigen leven. We staan met zijn allen op een speelpleintje, de plek waar zoveel jaar geleden kinderen werden gevraagd om bekenden af te maken. Dit komt binnen.

Het speelplein dat gebruikt werd als executie plaats

Als beloning voor hun steun kregen de paramilitairen vrij spel in Comuna 13. Het deed het geweld enkel maar exploderen in de wijk, tot in 2013 een wapenstilstand werd gesloten tussen de grootste bendes.

Niemand weet hoeveel doden er zijn gevallen tijdens deze periode, en op één of andere manier is er nog steeds geen werk gemaakt van het proberen identificeren van de lichamen die werden gedumpt op een nabijgelegen vuilnisbelt. Feit is dat alle inwoners van deze wijk wel iemand uit hun familie of omgeving hebben die is omgekomen. En dat er nog steeds onduidelijkheid bestaat wie er recht in zijn schoenen staat.

Waar een doorn sterft wordt een roos geboren.  Gelukkig is er een positieve noot bij het gruwelijke verhaal wat David ons vertelt : Medellin heeft niet alleen ingezet op herstel maar ook op transformatie. Zo heeft de stad ingezet op bereikbaarheid! De stad heeft een efficiënt openbaar vervoersnetwerk : bussen, metro, metro-cable, je kan zonder probleem van de ene naar de andere kant van deze gigantische stad (4 miljoen inwoners) reizen met het openbaar vervoer. Voertuigen en stations zijn modern, kraaknet, ruim en licht. Je zou denken dat het gloednieuw is.

De wijk Comuna 13 heeft zich bovendien ontpopt als een decor voor streetart. Muren staan bomvol prachtige graffiti, die dikwijls verwijzen naar de (bloederige) geschiedenis van de wijk, hun afkomst en de verbondenheid met de natuur, maar ook naar hoop – de kolibri is blijkbaar een symbool voor hoop en die kom je overal tegen. Er is ook muziek : rap artiesten treden voor ons op en maken aan de hand van een aantal willekeurige woorden die we kiezen een lied, breakdance groepen halen halsbrekende toeren uit. David vraagt ons om  de artiesten wat geld te geven voor hun performances : het geld dat ze verdienen dient niet als extraatje om in het weekend met hun vrienden uit te gaan, maar om hun families eten te geven.

Waren we onder de indruk van deze rondleiding? Amai nog niet! Je kan in je eentje ook door deze wijk lopen, maar dan zie je de helft niet van wat er eigenlijk allemaal te zien is.

Bovendien liet David ons proeven van de lekkerste street food, verse empanadas, fruitsoorten, ijsjes gemaakt uit vers fruit, met zout. Ik durfde het zelfs aan om te proeven van een hormiga culona, een dikbilmier! (Een beetje een gerookte zoute pindasmaak en erg krokant) Niet slecht, maar niet om er direct een heel pakje van te kopen.

Na deze intense voormiddag wou ik graag naar de plaça Botero waar er verschillende bronzen beelden van deze enkele maanden geleden overleden Colombiaanse beeldhouwer staan. De man was ooit illustrator in een krant, en heeft een heel herkenbare speelse stijl. Alleen jammer dat we moesten gaan schuilen voor een felle onweersbui.

Daags nadien besloten we om heel de stad te doorkruisen met het openbaar vervoer om zo naar een park te gaan, net buiten de stad. Vanuit de Metro Cable zagen we Medellin onder ons passeren vanuit de lucht. Prachtig!

We deden een wandeling van meer dan een uur door het bos en waren net op tijd terug voor er alweer een gigantisch onweer uitbrak. Waardoor we nog een hele tijd moesten wachten om de metro terug te nemen, want als het onweert wordt de kabelbaan stil gelegd. Ach ja, gelukkig waren ook hier verschillende kraampjes voorzien waar je fruit en koffie en warme chocolademelk kunt kopen!

Nog meer mini-orchideeën
Monkey face

Vanuit Medellin vlogen we terug naar Cartagena. We moesten er terug wennen aan de vochtige hitte, want in de bergen in het binnenland is het een heel ander klimaat dan aan de kust, en dat scheelt hem toch wel een 20 à 30 graden soms!

En toen was er tegen het begin van de week een gunstig weervenster om naar Santa Marta te varen. Wat we natuurlijk niet lieten voorbijgaan. Hier blijven we enkele weken om dan van hieruit naar Curaçao te varen voor het orkaanseizoen. Maar eerst dus nog enkele weken in Santa Marta. En genieten van dit uitzonderlijke land.

Hebben we veel gemerkt van de kwalijke reputatie die Colombia in Europa of de VS heeft?

Bij een politiecontrole kregen we een boete van 300000 pesos (70€) omdat Bart zijn veiligheidsgordel niet droeg.  Toen bleek dat hij maar 40000 pesos op zak had, vond de agent dat ook voldoende. Hij stak de briefjes discreet in zijn broekzak en wij mochten verder rijden. Het spreekt voor zich dat we niet hebben aangedrongen om een betaalbewijsje te krijgen.

En toen we ’s avonds van het restaurant naar huis stapten, bood een sigarenverkoper ons zijn koopwaar aan. Toen we geen interesse hadden in zijn sigaren zei hij dat hij ook Marihuana of Cocaïne bij had. Waarvoor we ook hebben bedankt.

De Colombianen zijn enorme liefhebbers van – meestal luide- muziek. In Cartagena kan je als toerist meevaren op één van de vele bootjes met een DJ aan boord. In de straten rijden verlichte bussen met luide muziek waar je kan dansen en feesten tijdens een rit door de stad. Eigenlijk wordt er overal gedanst en gezongen. In de winkel, bij de kiné, op straat, op de werf, in de taxi.

Maar Colombia is voor ons toch vooral het land met de ongelooflijk vriendelijke mensen. Als je enkele woorden Spaans spreekt en je je best doet om hen in aan te spreken vinden de mensen dat geweldig, dan ben je snel één van hen.

Colombia is ook het land waar er voor elk kapot toestel een hersteller bestaat. Voor onwaarschijnlijk weinig geld laat je er je schoenen herstellen : als de lijm van de zool van Barts sandalen niet bestand blijkt tegen zeewater en hitte wordt deze door de lokale schoenmaker vastgenaaid. Als ik ter plekke beslis om ook nieuwe hakken op mijn sandalen te laten zetten en ik geen extra paar schoenen mee heb, doet de man zijn slippers uit, en leent ze me, zodat ik niet blootsvoets terug naar de Marina moet 😉

Een man op de metro merkt dat we geen toegang hebben omdat we geen kaart hebben kunnen kopen en betaalt voor ons beiden een ticketje. Hij wil hiervoor niet terugbetaald worden.

De schilder die wat krassen op de boot herstelt, en een hele dag in de hete zon heeft gewerkt, draagt een mooi zonnehoedje. Ik geef hem er een compliment over en hij wil me het hoedje cadeau geven.

En het goeie nieuws is : we hebben nog enkele weken tegoed in dit mooie land voor we richting Curaçao varen voor het orkaanseizoen!