Woensdag in de namiddag legden we aan in de haven van Sanxenxo. We hadden gelezen dat dit één van de meest toeristische plekken was van Galicië en dat klopte ook. Bovendien bleek het het plaatselijke Knokke te zijn. In de haven waren twee clubs, de Royal Club Juan Carlos en de Muelle Deportivo. In die laatste hadden we recht op korting met onze Transeurope kaart. In de haven lagen gigantisch grote jachten, zowel zeil- als motorboten. De winkels rond de haven bleken allemaal eerder te maken hebben met kleding of binnenhuisinrichting dan met Bootonderdelen.
We aten voor het eerst in weken een pizza. En hoewel hij eerder Spaanse dan Italiaanse trekken vertoonde smaakte hij best. Na onze avondwandeling met Dushi kropen we op tijd in bed. Helaas voor een korte nacht. De haven bleek ook een nightclub te huisvesten die pas om 4:30 uur sloot. En blijkbaar hadden heel wat mensen nood aan afkoeling buiten.
We besloten dus gisterochtend om de volgende nacht ergens anders te gaan liggen. Eerst deden we nog een stadje aan, wat verderop in de Ria. Het Middeleeuwse stadje Combarro is UNESCO werelderfgoed en inderdaad heel pittoresk, maar ook een trekpleister voor dagjestoeristen. Na er een wandelingetje gemaakt te hebben hadden we het wel gezien en vertrokken we weer.
We gingen liggen aan de Praya de Agra. In de app werd geschreven dat er overdag wel flink wat volk kwam maar dat rond 20:00 uur de rust weerkeerde. En dat klopte ook. Tijd voor ons dus om naar de kant te gaan met Dushi. Na een wandeling en een Mojito in het plaatselijke strandbarretje keerden we terug naar onze boot. Van de tientallen boten die er overdag hadden gelegen bleven er nog vier over.
Bij zonsondergang passeerde een replica van een oud schip dat we ook in Sanxenxo hadden zien liggen. Of nee, toch niet. De boot kwam vlak achter ons liggen. Indrukwekkend! We gingen op zoek naar de naam, maar konden hem niet terugvinden op AIS. Deze boot wou duidelijk niet gekend zijn.
Dat was echter buiten Google Lens gerekend. De Sjtandaart bleek een replica van de eerste driemaster van de vloot van Peter de Grote te zijn en vaart onder Russische vlag. Dit type schip vaart vooral in evenementen als Tall Ship Race en andere maar blijkt omwille van de oorlog niet meer welkom op vele plaatsen.
Nochtans gaat het hier helemaal niet om een jacht van een of andere oligarch of een vrachtschip. Een streep door de rekening dat hij na de COVID jaren ook nu niet meer mee mag doen aan de verschillende evenementen!
Om zijn neutraliteit te benadrukken heeft de kapitein naast de Russische vlag ook de Oekraïense gehesen. Blijkbaar heeft hijzelf ook een Russische en een Oekraïense ouder. Hierdoor is hij nu ook zelfs niet meer welkom in Rusland.
Als toemaatje roken we net voor we in ons bed kropen een brandlucht. Wat er precies in brand stond konden we natuurlijk niet zien, maar vanmorgen hoorden we nog altijd sirenes en zagen we nog altijd rook.